Sta jij als tuinbouwondernemer op het punt om (extra) te investeren in duurzaamheid en innovatie? Laat deze kans niet schieten!…
Coronavirus en werktijdverkorting
Coronavirus (COVID-19)
Het Coronavirus houdt de gemoederen inmiddels al een aantal weken bezig. De één vindt het paniekzaaierij en de ander vindt dat er veel te weinig aan gedaan wordt.
Ondanks alle meningen worden er inmiddels diverse sectoren hard getroffen doordat bijvoorbeeld restaurant reserveringen of kappers bezoeken geannuleerd worden. Wordt uw organisatie ook getroffen door de gevolgen van het Corona virus? Westland Accountancy kan u bijstaan om de gevolgen hiervan enigszins te beperken.
Werktijdverkorting
Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft de mogelijkheid om werktijdverkorting aan te vragen opengesteld voor bedrijven die als gevolg van het coronavirus tijdelijk onvoldoende werk voorhanden hebben om (al) hun werknemers aan het werk te houden.
Werktijdverkorting kan worden aangevraagd als sprake is van ‘verminderde bedrijvigheid’. U zal moeten aantonen dat er in een periode van minimaal 2 tot maximaal 24 weken minstens 20% minder werk is en dat dit een direct gevolg is van een bijzondere omstandigheid die niet tot het normale bedrijfsrisico behoort en niet structureel is (in dit geval dus het Coronavirus).
Werktijdverkorting kan alleen worden aangevraagd voor werknemers die u moet doorbetalen als het niet werken in redelijkheid niet voor rekening van de werknemer komt (voor wie de werkgever een loondoorbetalingsverplichting heeft). Voor oproepkrachten met een nuluren-contract, uitzendkrachten, zzp-ers en dergelijke kan geen werktijdverkorting worden aangevraagd.
Een vergunning voor werktijdverkorting moet worden aangevraagd bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Na ontvangst van de vergunning kan er bij het UWV een tijdelijke WW-uitkering worden aangevraagd.
De werkgever vraagt de tijdelijke WW-uitkering wegens werktijdverkorting aan binnen een week na afloop van de vergunningsperiode. Dit is dus in de zevende week nadat de vergunning is verstrekt. De vergunning die de werkgever aanvraagt geldt voor 6 weken. Als die termijn voorbij is, maar de situatie voortduurt, dan kan de werkgever verlenging tot maximaal 24 weken aanvragen, ook weer bij het Ministerie van SZW.
Het UWV vergoedt achteraf pas de uren die de werknemers tijdens de vergunningsperiode niet hebben gewerkt én die vallen onder de verleende vergunning.
De WW-uitkeringen wordt aan de werkgever uitbetaalt. De werkgever moet het loon van de werknemers dus gewoon aan de werknemers blijven uitbetalen.
Mocht u hiervoor in aanmerking denken te komen of heeft u nog vragen met betrekking tot de werktijdverkorting, neem dan contact op met onze HRM coaches Ingrid en Leonie.